In de nasleep van de financiële crisis hebben de centrale banken (CentB-en) hun balansen drastisch opgeblazen. De Federal Reserve (Fed) en de Europese Centrale Bank (ECB) volgden het voorbeeld van de Japanse centrale bank door voor biljoenen dollars en euro’s obligaties te kopen. Dit beleid wordt quantitative easing (QE) genoemd.
De centrale banken doen deze aankopen met de “monetaire basis”: cash en reserves. Als we wettelijke beperkingen buiten beschouwing laten, kunnen centrale banken zoveel “basisgeld” maken als ze willen.
Economen zijn het niet eens over QE en de gevolgen ervan voor de balansen van de centrale banken.
Deze blogpost bespreekt de vraag als basisgeld bij het passief van de centrale bank gerekend moet worden. Nadat we dit onderwerp begrijpen, kunnen we verduidelijken wanneer de CentB winst boekt en hoe dit de financiën van de overheid beïnvloedt.
Eén van de doelen van QE is om de inflatie omhoog te krijgen. Sommigen maken zich zorgen dat de rente daardoor omhoog zal gaan, waardoor de centrale banken gigantische verliezen zullen lijden. Dat zou allerhande – niet verder gespecifieerde – rampen met zich meebrengen. Ik beargumenteer dat deze vrees onterecht is. Continue reading “Over de passiva en winsten van centrale banken”