“125.000 arbeiders dumpen groepsverzekering voor pensioenfonds“. De Tijd schrijft dat de sociale partners van de sectoren garages, metaalhandel, koetswerk, metaalrecuperatie en edele metalen1 Sefoplus hebben opgericht. Sefoplus is een ‘instelling voor bedrijfspensioenvoorziening (IBP)’, beter bekend als ‘een pensioenfonds’.
Tot nu toe hadden de arbeiders in deze sectoren een groepsverzekering. De verzekeraar wou echter geen minimumrendement van 1,75% meer garanderen.
In het artikel wordt niet vermeld wie de verzekeraar is. Ik heb wat opzoekingswerk gedaan. Hieronder lees je over welke verzekeringsmaatschappij het gaat, en hoe de tweede pijler van het Belgische pensioensysteem werkt.
De Belgische pensioenen bestaan uit drie pijlers. De eerste is het wettelijk pensioen, dat je ontvangt van de overheid. De tweede pijler is het pensioen opgebouwd via de werkgever. Voor de derde pijler moet je zelf zorgen via pensioensparen.
Werkgevers kunnen voor het aanvullend pensioen kiezen tussen een groepsverzekering (tak21 of tak23) of een pensioenfonds.
Bij een tak21 verzekering garandeert de verzekeraar een vaste rente. Deze kan eventueel aangevuld worden met een winstdeelname.
Bij een tak23 verzekering is er geen gegarandeerd rendement. Sterker nog, ook je gespaarde kapitaal is niet zeker in een tak23 verzekering. Als de fondsen waarin de verzekering belegt het slecht doen, dan blijft er minder kapitaal over dan er in de verzekering werd gestort.
Ook pensioenfondsen geven geen garanties over rendementen of het behoud van gestort kapitaal.
Om werknemers die een aanvullend pensioen opbouwen via hun werkgever te beschermen, is er een wettelijk verplichte rendementsgarantie. Momenteel bedraagt het verplichte minimumrendement op de bijdragen aan pensioenplannen 1,75% per jaar. Wanneer de groepsverzekering of het pensioenfonds er niet in slaagt om het minimumrendement te behalen, moet de werkgever het tekort zelf aanvullen.
De arbeiders in het artikel hadden tot nu toe een tak21 groepsverzekering (‘Sepia’ genaamd) bij Belins NV (Belfius Insurance). Door de aanhoudend lage rentevoeten willen veel verzekeraars niet langer een vaste rente van 1,75% garanderen. Hierdoor komt een risico bij de werkgevers te liggen.
Het is duidelijk dat de risico’s voor de werkgevers nog groter zijn bij tak23 verzekeringen en pensioenfondsen. Als de beurzen het slecht doen, zullen ze immers veel moeten bijpassen.
De toekomst zal dan ook moeten uitwijzen als het verstandig was van de betrokken werkgevers om de bestaande tak21 groepsverzekering te vervangen door een pensioenfonds.
Nuttige links:
Op de website van de FSMA kan je veel meer uitleg vinden over het aanvullend pensioen.
PensioPlus, de Belgische Vereniging van Pensioeninstellingen.
Assuralia, de Beroepsvereniging van de Verzekeringsondernemingen.
De voornaamste levensverzekeraars op de Belgische markt. Specifieke cijfers over groepsverzekeringen heb ik niet gevonden, laat zeker een bericht achter in de comments als je meer weet.